Vers fruit en groenten in Arumeru, Tanzania

Vers fruit en groenten in Arumeru, Tanzania

Hoogwaardige gewassen: het perfecte instrument in de strijd tegen armoede

Er wordt verwacht dat de vraag naar duurzaam fruit en groenten zal toenemen naarmate de bevolking zich meer bewust wordt van het belang van gezond en duurzaam voedsel. De consumenten beseffen dat duurzaam voedsel beter smaakt, goed is voor de gezondheid en de toekomstige productie beschermt. Tegelijkertijd is het telen van hoogwaardige gewassen – de naam die vaak wordt gegeven aan dit verse fruit en groenten - een goede strategie om de inkomsten van de kleinschalige boeren te verhogen. Dit is een noodzakelijke stap in de strijd tegen ongelijkheid, omdat 70% van de mensen in landelijke gebieden onder de armoededrempel zit.

De tuinbouwsector is de snelst groeiende landbouwsector in Tanzania, met een jaarlijkse gemiddelde groei van 9 – 13% in de afgelopen 7 jaar. Arumeru in de Arusha-regio in het noorden van Tanzania is een perfecte exportlocatie dankzij de goede verbindingen met de belangrijke Oost-Afrikaanse zeehaven van Mombasa. Dankzij het evenaarsklimaat van de regio kunnen groenten en fruit bovendien het hele jaar door verbouwd worden.
Omwille van hun hoge potentieel hebben we besloten te werken met passievruchten, erwten en prinsessenbonen. In de regio zijn er verschillende boerenorganisaties, waaruit Vredeseilanden er acht heeft geselecteerd: MEHA, KIBIU, Laturock, WAKIBIKI en Mshikamano, Parachich, Malala, Muyovega en Mount Meru.

In totaal vertegenwoordigen deze organisaties 500 boeren. Om hun inspanningen te bundelen, hebben de regionale boerenverenigingen een koepelorganisatie opgezet. Deze nieuwe entiteit heet MUVIKIHO en zal marketing-, financiële en opleidingsdiensten aanbieden aan al haar leden. Er is ook een nationale boerenorganisatie die TAHA (Tanzania Horticulture Association) heet, die alle boeren van het land vertegenwoordigt, los van de grootte van hun boerderij, en die rechtstreeks verbonden is met de overheid en andere stakeholders.

Nagenoeg het volledige inkomen van de boeren komt van hun gewassen. De gezinnen doen al het werk op de boerderij zelf: slechts 32% huurt extra mankracht in. De meeste boeren beschikken niet over een privévoertuig om hun goederen te vervoeren. Tussen de steden is een wegennet ontwikkeld maar de plattelandswegen werken enkel tijdens het droge seizoen. Bijna alle volwassenen hebben de basisschool voltooid en 95% kan lezen en schrijven. Ongeveer de helft van de huizen zijn aangesloten op het stroomnet maar de elektriciteitstoevoer is onregelmatig.

Uitdagingen

  • Er komt veel ongedierte voor, wat de productiviteit aantast, vooral in het geval van passievrucht.
  • Het is moeilijk voor boeren om betaalbare, kwalitatieve inputs (zaden en meststoffen) te kopen.
  • De productiviteit en de kwaliteit zijn laag omdat de boeren rudimentaire technieken gebruiken en de faciliteiten na de oogst hetzij onbestaande zijn, hetzij slecht uitgerust zijn. Daardoor gaat 30% van elke oogst verloren.
  • De irrigatie is beperkt of onbestaande, waardoor de meeste teelten afhangen van de neerslag. De klimaatverandering heeft dit nog verergerd.
  • Om te kunnen uitvoeren, moet men marktattesten zoals Global GAP verwerven.
  • Omdat de boerenorganisaties zo zwak zijn, kunnen de telers niet collectief verkopen en hebben ze dus een zwakke onderhandelingspositie.
  • Boeren hebben moeite om toegang te krijgen tot krediet door het gebrek aan plaatselijke kredietverenigingen. Hun financiële situatie wordt verder bemoeilijkt door de laattijdige betalingen.
  • Een zwakke commerciële keten waarin boeren, uitvoerders en invoerders elkaar wantrouwen.
  • Wegen en andere basisinfrastructuur zijn zwak, wat de transportkosten verhoogt.
  • Door de frequente veranderingen in de wetgeving en de prijsschommelingen is de markt onzeker.
  • Jonge mensen ontvluchten het platteland omdat ze er geen kansen hebben. Dat brengt de toekomst van de tuinbouw in het gedrang.

Onze strategieën

  • Om ziektes te voorkomen, brengen we de boeren in contact met onderzoeksinstituten om duurzame, ziektevrije kwekerijen op te zetten binnen de landbouwgemeenschappen.
  • Om de kwaliteit te verbeteren, helpen we boerderijen een Global GAP-attest verwerven door een kwaliteitsbeheersysteem op te zetten. Dat opent de deuren naar een beter betaalde en stabielere Europese markt.
  • Om de productiviteit te verhogen, organiseren we opleidingen over goede landbouwpraktijken.
  • We bevorderen het opzetten van spaar- en leningskassen in de dorpen zodat de boeren de kredieten hebben om irrigatiesystemen te installeren en andere investeringen te doen.
  • We geven opleidingen over marktsystemen en collectieve verkoop aan de boeren zodat ze de voordelen zien van collectieve afzet.
  • We trainen de leden van de boerenorganisaties in management en hoe ze een businessplan moeten opstellen, wat cruciaal is om toegang te krijgen tot overheidsfinanciering.
  • Om de handel te versterken, helpen we de partnerschappen herstellen tussen uitvoerders en producenten. Zo creëren we overeenkomsten die door alle partners aanvaard worden, met een vaste prijs volgens vooraf vastgelegde kwaliteitsnormen.
  • We ondersteunen de lobbyingactiviteiten van TAHA om de wegeninfrastructuur te verbeteren en een betrouwbaar kader te creëren.
  • We organiseren vergaderingen met de verschillende belanghebbenden waarop we onze beste ervaringen voorstellen om bedrijven aan te moedigen de kleinschalige boeren bij hun inkoopbeleid te betrekken.

Wat verwachten we te bereiken tegen 2017?

  • 70% van de productie voldoet aan de internationale normen en kan in Europa verkocht worden.
  • 70% van de verkoop gebeurt collectief via langetermijncontracten en stabiele prijzen.
  • Het percentage van de gewassen dat na de oogst wordt afgekeurd, is teruggebracht van 30% tot 5%.
  • 70% van de boeren heeft toegang tot kredieten via dorpsspaarkassen en de organisaties krijgen overheidssubsidies.
  • 60% van de boerderijen hebben duurzame irrigatiesystemen.
  • De uitvoerbedrijven in de regio hebben een inkoopbeleid dat gunstig is voor kleine boeren.

Wat verwachten we op lange termijn?

  • De groeten- en fruithandel is een economische sleutelsector voor Tanzania.
  • De boerenorganisaties, gecoördineerd via MUVIKIHO en TAHA, hebben met succes gelobbyd bij de overheid om een betere infrastructuur te creëren en te onderhouden.
  • De Europese en andere westerse markten ontvangen een regelmatige toevoer van fair trade groenten en fruit.
  • Door de verbeteringen in de productiviteit en de kwaliteit is de teelt aantrekkelijker voor de jonge generatie en komt er een einde aan de plattelandsvlucht.