Koffie en cacao, San Martín, Peru [Voltooid]

Koffie en cacao, San Martín, Peru [Voltooid]

We geven toekomstige generaties van boeren een kans

60 jaar. Dat is de gemiddelde leeftijd van boeren wereldwijd; en dat gemiddelde blijft stijgen. Jongere generaties trekken weg uit landbouwgebieden en vluchten naar de steden op zoek naar degelijk onderwijs en professionele mogelijkheden. Om de voedselproductie voor de toekomst veilig te stellen moeten we de tewerkstelling en integratie van jonge professionals (onder 35) in de landbouwsector bevorderen. Jonge boeren staan bovendien dikwijls meer open voor nieuwe technologieën en milieuvriendelijke technieken die nodig zijn om de klimaatverandering aan te pakken.

Koffie is Peru’s belangrijkste basisproduct voor de export. Maar het gewas wordt getroffen door de klimaatverandering met een inkrimping van de landbouwgronden en een verspreiding van ziektes tot gevolg. Met deze uitdagingen in gedachten zijn er twee mogelijke parallelle strategieën: de boeren kunnen hun productie diversifiëren door toevoeging van nieuwe gewassen zoals cacao of groenten, of ze kunnen investeren in biologische landbouw, hetgeen zorgt voor een bescherming van het milieu en het verkrijgen van betere prijzen. Door toepassing van deze laatste strategie werd Peru de nummer één producent van biologische koffie op wereldniveau. Tegelijkertijd breidt de lokale markt uit door het internationale toerisme en heeft de algemene verbetering van de Peruaanse economie geleid tot de creatie van een nieuwe middenklasse.

San Martín is de derde grootste regio van koffieproductie in Peru, en de regio die de laatste jaren het hardst gegroeid is. Een van de grootste coöperatieven in San Martín is Oro Verde, opgericht in 1999. In 2013 telde de coöperatieve 1050 leden die cacao of koffie teelden, aangevuld met andere gewassen. De organisatie begon haar overgang naar biologische producten in 2006, en nu zijn bijna al de koffie, cacao en suiker biologisch. De coöperatieve produceert rauwe en verwerkte producten, die zowel op de interne als externe markten verkocht worden.

Oro Verde telt veel jonge boeren in alle schakels van de keten. De meeste van deze jongeren komen echter uit andere regio’s, terwijl lokale inwoners het wegens een gebrek aan scholingsmogelijkheden moeilijk hebben om zich in de coöperatieve te integreren. VECO wil de coöperatieve versterken en ervoor zorgen dat ze werkgelegenheid creëren voor de kinderen van de boeren.

De boerderijen zijn het bezit van families, met een gemiddelde van minder dan 2 hectare land, een vrij klein getal. De bevolking start gewoonlijk een gezin op zeer jonge leeftijd, als ze tussen 18 en 20 jaar oud zijn. Samen met de prijs voor scholing, zorgt dit ervoor dat het onderwijscijfer van deze regio lager ligt dan het nationale gemiddelde, en 35% van de boeren is analfabeet. Hun huizen hebben geen basisvoorzieningen en de helft ervan heeft geen drinkwatervoorraad. Dat moet handmatig uit de rivier worden gehaald. Slechts 14% van de boerderijen heeft een toilet binnenshuis.

Uitdagingen

  • De boeren hebben toegang tot krediet maar de hoge verspreidingsgraad van ziektes en andere gevaren heeft de rentevoeten met 40% verhoogd, waardoor de meesten het moeilijk hebben om hun leningen terug te betalen.
  • De koffiebomen zijn oud, maar het is zeer duur om ze te vervangen.
  • De productiviteit is laag omdat de boeren rudimentaire technieken gebruiken.
  • De regionale stuurgroep van jonge koffieboeren is nu al enkele jaren inactief, waardoor Oro Verde geen partner heeft voor hun pilootprogramma.
  • Er zijn belangrijke gebreken in de opslagplaatsen en andere naoogst voorzieningen, hetgeen de kwaliteit van het eindproduct aantast.
  • Hoewel de boerderijen het bezit zijn van families, voelen de kinderen van de boeren zich niet betrokken bij de coöperatieve omdat ze er geen toekomst in zien. Dit veroorzaakt een plattelandsvlucht naar de steden.
  • De organisatie steunt op rudimentaire controlemethoden zonder een gecentraliseerd informatiesysteem, hetgeen de besluitvormingsprocedures afremt omdat de informatie vaak verouderd is.

Onze strategieën

  • De coöperatieve stimuleert kredietlijnen zodat boeren hun plantages kunnen verbeteren en hun oude leningen terugbetalen. We geven prioriteit aan activiteiten zoals het planten van nieuwe bomen en strategieën voor plaagbestrijding.
  • We selecteren een manager voor het onderwijsdepartement van de coöperatieve, die inspanningen doet om belangrijke opleidingsmogelijkheden aan te bieden aan jongeren in de regio.
  • We stimuleren barista trainingen voor jongeren om de kwaliteit te verbeteren.
  • We stimuleren jongerenuitwisselingen met andere coöperatieven of jonge Europese boeren. Een voorbeeld is het “Coffee and Cocoa Route” project dat de nadruk wil leggen op de route die door deze producten afgelegd wordt, vanaf het zaaien tot de verkoop in de winkel in Steglitz-Zehienforf (Duitsland).
  • Om jongeren in de coöperatieve te betrekken bieden we rondleidingen aan zodat ze kunnen ontdekken hoe alles werkt en de verschillende managers vragen kunnen stellen.
  • We helpen de coöperatieve om een ondernemingsplan op te stellen waarbij het centraal staat dat de lokale jongeren een stem krijgen en gelegenheden kunnen grijpen.
  • We computeriseren de Interne Controlesystemen.
  • We helpen de regionale stuurgroep van jonge koffieboeren in San Martín te lanceren zodat zij samen kunnen werken met de coöperatieve.

Bereikte resultaten

  • Er vond een internationale uitwisseling plaats tussen 32 jonge leden van Oro Verde en leden van een Nederlandse boerenorganisatie.
  • De regionale stuurgroep van jonge koffieboeren is opnieuw in werking getreden.
  • De coöperatieve heeft een nieuw strategisch plan dat focust op het impliceren van de nieuwe generatie.
  • 20 jonge producenten werden getraind als proevers en 3 van hen behaalden de Q-grade.
  • Al de jongeren in de organisatie hebben deelgenomen aan minstens één rondleiding die georganiseerd werd door de coöperatieve. Dit zorgde ervoor dat zij en hun families zich meer betrokken voelen bij het project.
  • 15 jongeren werden getraind in sociale media, aangezien dat beschouwd wordt als een noodzakelijke vaardigheid voor de toekomst van de coöperatieve.

Wat verwachten we tegen 2017?

  • Minstens drie jonge boeren uit de regio hebben een leidinggevende positie in het bestuur.
  • Er is een gecomputeriseerd Intern Controlesysteem, dat regelmatig geüpdatet wordt.
  • De jonge boeren gebruiken sociale media en blogs om hun werk, doelen en vernieuwingen te delen.
  • De nieuwe technici die door de coöperatieve opgeleid werden krijgen gespecialiseerde jobs in de coöperatieve, waarbij ze zowel de productiviteit als de kwaliteit van het eindproduct verbeteren.
  • De twee bovengenoemde prestaties maken de coöperatieve aantrekkelijk voor nieuwe kopers die zoeken naar een betrouwbare, kwaliteitsvolle leverancier.

Wat verwachten we op lange termijn?

  • De plantages zijn voorbereid voor klimaatverandering.
  • De koffie- en cacaohandel wordt wereldwijd verzekerd dankzij een duurzamer productiemodel dat het hoofd kan bieden aan de uitdagingen die de klimaatverandering stelt, en dat kan zorgen voor eerlijke prijzen voor boeren.
  • Een nieuwe generatie boeren staat klaar om de uitdaging aan te gaan om op een duurzame manier het voedsel te produceren dat nodig is om 9 miljard mensen te voeden.