Superdeal: minder goedkoop, meer voor de boer

Superdeal: minder goedkoop, meer voor de boer

31/07/2015

Onze boeren klagen. Terecht. Te veel boeren moeten hun producten vandaag onder de kostprijs verkopen. Ze kunnen zich geen leefbaar loon uitbetalen, terwijl ze in een van de meest productieve regio's ter wereld werken.

Nochtans hebben we onze landbouwers broodnodig om in de toelevering van kwaliteitsvolle voeding te kunnen blijven voorzien. Waarom krijgen ze dan amper loon naar werk? Een van de belangrijke factoren hierin vandaag is de prijzenslag tussen de supermarkten. Een kilo asperges voor 2,99 euro, een kilo gehakt voor 4,49 euro en doe er liefst nog een halve kilo gratis bij... Die lage prijzen worden doorgerekend tot bij de boer, de zwakste schakel in de keten. Ze dragen de grootste risico's - van een mislukte oogst door noodweer tot de gevolgen van een Russisch embargo - en zijn voornamelijk prijsnemers.

Vandaag wordt onder een 'correcte prijs' te vaak verstaan: 'de prijs die de consument wil betalen'. Het is nodig dat deze definitie breder ingevuld wordt, waarbij een 'correcte prijs' staat voor 'een prijs die betaalbaar is voor de consument en op basis waarvan iedereen in de keten zijn boterham kan verdienen'.

De hele geschiedenis bestaat uit pogingen om de prijzen van een instabiel product - voedsel - in bepaalde mate te stabiliseren. Voedsel is in wezen instabiel omdat de productie afhankelijk is van een hoop zaken die we niet in de hand hebben, zoals de weersomstandigheden. Mechanismen uit het verleden bleken na verloop van tijd te star en dirigistisch. Vandaag moeten we op zoek naar nieuwe manieren die vraag en aanbod op elkaar afstemmen, om te komen tot prijzen die betaalbaar zijn voor consumenten en leefbaar zijn voor boeren.

Binnen het Belgische ketenoverleg - een initiatief dat boeren, voedingsindustrie en supermarkten rond de tafel brengt - is daartoe een gedragscode voor faire handelspraktijken afgesproken. Nuttig, maar het mist zijn doel zolang het niet afdwingbaar wordt. Met enkel een gesprek rond de tafel worden de facturen van de boeren niet betaald.

De sleutel tot succes zit vaak bij samenwerking doorheen de keten. Boeren die in goede verstandhouding kunnen werken met hun afnemers in langetermijnrelaties. Niet via contracten die midden in het seizoen kunnen worden stopgezet. Wel door voedingsbedrijven en boeren die elkaar kennen, vraag en aanbod goed op elkaar kunnen afstemmen, en een eerlijke risicospreiding afspreken. Het diepvriesgroentenbedrijf Ardo bijvoorbeeld, betaalt de boeren door bij een mislukte oogst of bij afgekeurde overproductie. Zo ook Alpro, die sojaboeren blijft doorbetalen, ook al is de kwaliteit eens iets minder. Want de boeren hebben de industrie nodig, en de industrie heeft de boeren nodig.

En hoe komt het dat het in ons land bij wet verboden is om onder de kostprijs te verkopen, maar dat boeren wel vaak gedwongen zijn om hun product onder de kostprijs te laten gaan? Het is aan onze overheden om een marktcorrigerende rol op te nemen, want inzake voeding is het nodig om te streven naar een vrije markt met waarden, zoals respect tussen handelspartners en transparantie. Er moet gezocht worden naar mechanismen om te verhinderen dat er onder de kostprijs wordt verkocht. Uiteraard produceert niet iedere boer aan exact dezelfde prijs, maar sectororganisaties zouden zich samen met de overheid over deze vraag kunnen buigen.

En u en ik als consument? Weet wat je eet is de boodschap. Een cliché maar vaak nog geen realiteit. Minder goedkoop kan meer betekenen voor de boer. Het wereldvoedselprobleem mee helpen oplossen is opeens geen ver-van-mijn-bed-show meer als je de impact kent achter de keuzes die je dagelijks maakt.

Saartje Boutsen (Program Advisor bij Vredeseilanden)

Eerder dit jaar bracht Vredeseilanden het boek #SavetheFoodture uit met duurzame oplossingen in de landbouwvoedingsketen. Het is gratis te downloaden via www.vredeseilanden.be/savethefoodture.

(Verschenen in De Morgen van 31/7/2015)