Sulawesi Classic 2018

Sulawesi Classic 2018

25/04/2018

Van 27 april tot en met 9 mei fietsen Kathleen, Wim, Luc, Bart, Roxane, Marc, Emmanuel, Christophe, Peter, Ronny, Toon, Vincent, Jan, Werner, Hilde, Dirk, Wim, Tom, Jeroen, Peter, Pieter, Annie, Jo, Philip, Sofie, Luis, Sander, Klaas en Bert langs rijstvlaktes, koffieplantages, bergflanken en ontdekken de aparte cultuur van de Toraja.

‘Salamat Datang Makassar!’

27 april

4 am, de wekker loopt af, het is zover, vandaag vertrek met de Rikolto Classics groep naar Sulawesi !

Sulawesi is een van de grootse eilanden van de Indonesische archipel (en het elfde grootste van de wereld), en ligt ten oosten van Borneo en ten noorden van Java. Vredeseilanden is hier al jarenlang actief (onder andere met de boeren die cacao en koffiebonen telen), en de eerste Classic werd hier georganiseerd in 2014.

In september 2016 werden de plannen gesmeed voor deze reis. Op vraag van een enthousiaste groep ‘Kilibikers’ die samen de Tanzania Classic hadden gereden, heeft het Vredeseilanden team een extra reis naar Sulawesi georganiseerd (dank hiervoor!). Omdat het uiteindelijk niet voor iedereen lukte om zich in te schrijven (we zijn met een goede 12), is het zeer fijn om nieuwe deelnemers te leren kennen. Sommigen hebben al een Classic in de benen (Nicaragua, Benin), en voor anderen is het de allereerste. Opnieuw een groep van bijzonder fijne mensen die sociaal geëngageerd zijn, een passie hebben voor fietsen, en houden van wat avontuur.

Rond 5 am pikt een bus een eerste groep op in Deinze en rond 6 am de rest in Kontich, op weg naar Schiphol. Op de bus zit ondanks het vroege uur de sfeer er al goed in. We verwelkomen reisbegeleiders Bert, en zijn deputy en trainee Sander. We krijgen allemaal een mooi nieuw fietstruitje van Rikolto (waar is de broek ?!), en worden we ook getrakteerd op kleine tuubjes (waar zijn de grote ?!) zonnecreme (factor 50 - zal van pas komen om onze witte winterhuid te beschermen tegen de stralende Indonesische zon).

Ondanks de drukte op Schiphol (Nederlandse vakatie exodus op Koningsdag) verloopt het inchecken van bagage en fietsdozen vlot en kunnen we op tijd vertrekken voor de nachtvlucht naar Jakarta.

28 april

We landen zaterdagochtend, en na een deugdoende koffie, nemen we onze aansluitingsvlucht naar Sulawesi, waar we rond de middag lokale tijd aankomen. Zodra de deuren van het vliegtuig opengaan voelen we de heerlijke vochtige warmte (30 gr!) die ons de komende dagen onvermijdelijk heel wat zweet zal kosten! We worden verwelkomd door Dewi en Desi samen met de colega’s van een bijzonder vriendelijke en enthousiast lokaal Rikolto team (‘Salamat Datang Makassar - ‘Welcome to Macassar): we zijn in bijzonder goede handen voor onze reis. Gelukkig zijn alle bagage en fietsen ook mee, inclusief zadels, pedalen, wielen, ... (je weet maar nooit).

We worden naar een hotelletje in de buurt van de luchthaven gebracht. Een verrassing om op een Rikolto trip de eerste nacht in een goed bed en kamer met douche en warm water te slapen - normaal wordt dit voorbehouden voor de laatste dag! - maar het doet wel deugd om na een lange reis (en na voor velen een drukke werkperiode voorafgaand aan het vertrek), even te kunnen chillen aan het zwembad met oude en nieuwe vrienden.

In de avond krijgen we van Sander onze eerste briefing (well done Sander, alhoewel dat van die syfilis teen moet je nog eens uitleggen), en worden we ook geinformeerd wie onze twee ‘buddies’ zijn op de reis (praktisch voor een ‘buddy check’ om zeker te zijn dat iedereen telkens mee is). We maken tijdens bbq een eerste keer kennis met de lekkere lokale keuken (met een aantal spicy sausjes!), en kruipen allemaal niet te laat in bed om wat slaap in te halen na de lange reis.

29 april

Vandaag rijden we in de voormiddag met de bus naar Watansoppeng, vanwaar we onze eerste rit zullen starten. Tijdens deze rit van een viertal uur kunnen we al genieten van het mooie landschap met groene rijstvelden en rijst die op en langs de weg te drogen ligt in de zon. Alhoewel er hier en daar ook nog een goed dutje wordt gedaan, perfect om het tijdsverschil wat te overbruggen. Het hotel Kayangan waar we deze nacht verblijven zijn verschillende houten bungalows op palen, basic maar functioneel (we voelen ons weer thuis!).

Tijdens de lunch eten we voor de eerste lekkere ‘tempe’ (gemaakt van soya bonen) die wat helpt om de pikante smaak van de kip te blussen. En dan is het moment gekomen om onze fietsen in mekaar te steken! Voor sommigen een stressmoment, maar gelukkig is er de hulp van Klaas, die de minder handigen onder ons (zoals uw verslaggever vandaag), bijzonder goed helpt om de fiets veilig rijklaar te maken. Banden erop, stuur monteren, zadel erin steken, banden oppompen (tot druk 2 volgens de experts), ketting smeren, en klaar is Klaas!

Bert has ons beloofd om vandaag nog een kort ritje te doen ‘om de benen wat los te gooien’. Ja wadde! Eerste bocht rechts, dan nog een bocht rechts, en dan een onmiddellijk klim van bijna 20 pct. Als ‘opwarmer’ kan dit tellen! Wie zei er alweer dat Sulawesi Classic wel meevalt qua klimwerk. Soit, met wat stappen op de steilste stukken (althans voor sommigen ...) geraakt iedereen boven, en hebben we een mooi uitzicht op de omgeving. We kunnen ook het ‘druppelen’ oefenen, een creatieve manier manier om ervoor te zorgen dat niemand van de groep van 25 de weg verliest, doordat telkens iemand (de ‘druppel’) aan een afslag blijft wachten om de weg te wijzen, en dan als laatste opnieuw aansluit. Wijselijk besluiten Bert en Sander de oefenrit maar wat in te korten ...

Bij aankomst in het hotel worden we getrakteerd op een welgekomen stuk watermeloen. De grote warmte is wat gaan liggen en we genieten van het heerlijke klimaat, en luisteren naar het avondgebed van de muezzin. We kijken alvast uit naar wat de dag morgen zal brengen! (En waar blijft die broek ?!).

Met discipline en een strak tempo naar Senkang

30 april

De nacht in Soppeng werd gekruid door blaffende honden, kwetterende vogels en een zingende muezzin. Maar leider Sander kende geen genade en om 6:45 stond het heerlijke ontbijtbuffet ons op te wachten: rijst en gedroogd vlees. Tijdens het ontbijt werd de jarige Sofie een eerste keer in de bloemetjes gezet!

Vanaf dan was het echter ernst, en onder een brandende zon vertrok de karavaan van ingesmeerde pistongs onder het commando van kapitein Sander richting de uitgestrekte rijstvelden. Zijn nieuwe functie zit Sander gegoten: populair bij zijn troepen, maar toch autoritair de discipline handhavend. Of om het met de gevleugelde woorden van Hilde Windels te zeggen: ‘Sander is best een goede leider’.

Onder de ochtendzon vormden de landbouwers in hun rijstetablissementen (dixit leider Sander) een uitzonderlijk mooi tafereel. Dankzij een eerste technische passage door een snelstromende rivier vol rotsen en omgeven door steile wanden werd het kaf van het koren gescheiden. Maar geen tijd om na te praten over deze hindernis, want kapitein Sander nam het tempo weer strak in handen tot we na 20 km plots op een trouwfeest terechtkwamen en met open armen werden ontvangen door de ongelooflijk gastvrije familie van het bruidspaar.

Terwijl wij uitgebreid foto’s namen van het hele, best wel indrukwekkende, gebeuren, bleken we als fluogeklede, helmdragende bende blanken een minstens even grote attractie. Nadat we onze jarige Sofie een tweede maal (dit keer op de troon van de bruid) gehuldigd hadden, alle aanwezigen de hand hadden geschud en na ontelbare selfies heen en weer, ging het Rikolto peloton weer op pad!

Ondanks de loden hitte ging het tempo echter niet omlaag. Gelukkig besliste kapitein Sander een korte pauze toe te staan om iets te eten en water bij te vullen. Nog beter had het geweest om dit niet midden van de open vlakte te doen waar ontsnappen aan de zon onmogelijk was. Maar kom, alle begin is moeilijk. Dankzij de discipline en het strakke tempo kon hij zijn afgetrainde manschappen veilig over de laatste hangbruggen loodsen om zo tegen de middag (!) al te arriveren op de volgende basis: Senkang. Daar werden de troepen beloond met een heerlijk middagmaal van ... rijst en gedroogd vlees.

Kapitein Sander was zo trots op zijn troepen dat we in de namiddag verkoeling konden zoeken door een boottocht op de Walanai rivier naar het Tempe meer. Hier waren we getuige van de unieke manier van leven van de vissersfamilies die op het meer wonen in drijvende huizen. De terugtocht van het meer werd opgeluisterd met een prachtige zonsondergang die misschien ook wel symbool stond voor het energie niveau van een groot deel van de groep (uw verslaggevers inclusief). Maar niet getreurd, want kapitein Sander schudde ons wakker nam ons mee naar het overheerlijk avondmaal van ... rijst met verse vis uit de rivier! En taart! Voor de ongetwijfeld onvergetelijke verjaardag van Sofie, die trouwens beeldig staat met haar typisch Sulawesische sarong!!!

We kijken al uit naar morgen, waar iedereen verwacht dat Christophe iedereen naar huis rijdt op de laatste klim. Benieuwd of hij die favorietenrol kan waarmaken!

Uiteindelijk is iedereen laaiend enthousiast over de capaciteiten van onze kleine generaal, waardoor de moraal van de troepen na dag 2 nog steeds opperbest is.

Uw correspondenten ter plaatse, Jeroen en Tom

Met discipline en een iets minder strak tempo naar Masamba

1 mei

De nacht in Senkang werd doorspekt met katten die hun krolsheid bot vierden en een muezzin die tussen 4 en 5 absoluut de bovenhand wou halen. Maar leider Sander kende alweer geen genade en is duidelijk van plan er een routine van te maken: wekker om 6u, ontbijt om 6.45u en op de fiets om 7.30u. Opperleider Bert zag dat het goed was: ‘Delegeren is controleren’. We trokken richting ‘het Noorden’ volgens Christophe. Later zou deze redenaar het hebben over ‘sport is oorlog’ om zijn opponenten te intimideren. Hij was gestart als favoriet voor de klim die op het einde van de rit zou volgen. Echter, onder het motto, als 2 honden (Tommie en Stoffel ) vechten om een been, rijdt de 3e hond Bert met zijn oranje mountainbike olijk over de eindstreep heen.

Een andere verwachting die niet ingelost werd, is de aangekondigde spectaculaire drone opname van de tocht door Peter R. Maar nu konden we tenminste ongestoord genieten van de uitgestrekte rijstvelden, authentieke dorpen, landerijen, kortom opnieuw een uitgestrekte, prachtige natuur. Onze eerste stop vond plaats in een authentiek dorpje waar een groot aantal thuiswevers de kost verdienen. De oude, houten weefgetouwen staan buiten onder een afdak en we waren getuige van de lokale ‘productie’ van zijden Sarongs. Een aantal Rikolto’s hebben de lokale handel gesteund door de aankoop van het handgeweven moois. Tijdens de middagpauze werden we opnieuw koninklijk ontvangen met een overvloed aan watermeloen, rambutan (soort litchi’s) en krielaardappeltjes (zo zien ze er uit maar ze smaken naar pompelmoes).

Een zalig buffet van.... rijst en kip. De lokale ‘supportersclub’ toonde zich present. Het tempo was opnieuw heel strak. De klimmetjes en afdalingen op het einde werden door iedereen vrij goed verteerd, ondanks de hitte.

Aangekomen op de eindbestemming van het fietsen (die eigenlijk een tussenstop was op het traject vandaag) wachtte opnieuw een verrassing. Magnum ijsjes! Decey is the best! We konden ons druppelsgewijs ‘wassen’ in de ‘badkamer’ van een lokale familie zodat we fris en monter -sommigen moe, genre ‘ikgaslapenopdenbus’ - op de bus konden stappen en ongeveer 4 uur rijden naar Masamban... die er 6 geworden zijn. De buschauffeur, de plaatselijke Lewis Hamilton, ging prompt eten en er werden 2 plaspauzes ingelast; de laatste in een moskee waar een aantal van onze goddeloze kompanen in de sanitaire voorzieningen voor het ritueel wassen van de voeten geplast hebben i.p.v. in het toilet.

Na deze 3e fantastische dag blijft iedereen laaiend enthousiast over de capaciteiten van el commandante, waardoor de moraal van de troepen nog steeds opperbest is.

Uw correspondenten ter plaatse, Luc en Hilde

Al bij al toch een indrukwekkende activiteit van Rikolto in Indonesië.

2 mei

Projecten bezoeken! Iedereen iets later uit bed.... Ontbijtje met bami spiegeleitjes koffie.... Doel was om op 7u45 te vertrekken maar dat lukte moeilijk, waarschijnlijk omdat de groep problemen had met de Franse wc's voor het ochtendontlastingske.... Dit wordt door sommigen geduid als generaal Sander die zijn greep op de groep verliest... Niks van dadde! Hij wordt op de handen gedragen en dat is niet eens zo moeilijk met zo'n atletisch pluimgewicht. Alsook onze andere leidingslieverd Bert die ons af en toe een poepie doet ruiken met zijn moordende montenbaaik versnellingen.

Al bij al een lichte delay in vertrek van 20 min... Dat fietsen we rap bij terug... De groep is voorlopig nog in topconditie en we komen overal veel te vroeg aan. Vrijwel direct zijn we bij stop 1: de cacao verwerkingsunit en "Integrated cacao learning center" waar opleidingen voor de hele coöperatieve gegeven worden. Het hele proces hoe je van natte cacaobonen via 5 dagen gisting tot droge cacao komt en dan tot cacao massa en cacaopoeder en na samenpersen tot cacaoboter... Alles wordt uit de doeken gedaan door directeur Rikolto in Indonesië, Dominik. Afnemer is onder andere Mars die er Twix en Bounty mee maakt.

We krijgen uitleg van Penny en Dominik over de Coöperatie van Massagena die 2400 boeren groepeert, die 500 kilo droge cacaobonen per hectare per jaar produceren. Er zijn 3000 hectaren in de coöperatieve dus 1.500 ton per jaar wordt hier gemaakt. In Indonesie zijn zo 50000 cacaoboeren verbonden Rikolto. Ter vergelijking zijn er 2.500.000 cacaoboeren in Indonesië. Dus Rikolto heeft weliswaar een grootschalige activiteit... maar toch globaal een beperkt aandeel... maar van hieruit kan de coöperatieve en de Rikolto aanpak toch de hele cacao sector beïnvloeden. Makassar, waar we dag 1 overnacht hebben, is de "Cacao Capital" van Indonesië. Penny is de locale Rikolto cacao specialist en hij herschreef onder andere de guidelines voor efficiënte cacao culture in Indonesië. Al bij al toch een indrukwekkende activiteit van Rikolto in Indonesië.

Als we tijdens ons bezoek de dames daar bezig zagen met het cacao verwerkingsproces zei Hilde: "moeten die dat ne hele dag doen?" maar je zag de dametjes in het Indonesisch denken, kijkend naar die zwetende uit de kluiten gewassen bikers en bikesters: moeten die heel de dag in zo'n geel pakje trappen? In die hitte? Ze mogen het hebben! Wij zitten hier goed!" Hilde's gedachten waren nog niet koud of de dames mochten helemaal hygiënisch ingepakt een kijkje gaan nemen in de production unit. Co-verslaggever Peter mocht aanvankelijk mee binnen in de secret room van de cacao... Maar dan daarna toch weer niet... Dus kunnen we die secrets ook niet in het verslag steken! Concreet werd het allemaal toen we eens van de chocolat mochten proeven... Heerlijk maar ondanks de zware ritten wordt het door al deze foliekes onwaarschijnlijk dat we magerder gaan terugkomen dan we vertrokken zijn... Thuisfront is gewaarschuwd!

Terloops komt ook het afval probleem in Indonesië ter sprake: een heel mooi land maar overal tonnen vuil langs de straat... Indonesië is nummer 2 van de leverancier ter wereld van marine plastic...in nauwe samenwerking met overheid werkt Rikolto ook hier aan het bewustzijn. Toch goei manne die van Rikolto !

Volgende stop is een plant - ent en aanplantingsfacility.

In deze facility worden 3 types cacaoklonen op de moederplanten geënt, o.a. mcc (massala cocoa clone), s2 (sulawesi 2) ... We krijgen uitleg over "top" grafting en "side" grafting: de moederplant wordt behouden want die is goed aangepast aan de lokale bodem, de ent word erop gezet voor de opbrengst... minder gevoelig voor ziekten... en opbrengst maal 3. Verder is er een " shading tree" nodig want cacaoplanten mogen niet teveel zon hebben.. Ze worden 15 jaar oud zonder en 30 jaar met voor cacaoplant... Heel interessante voormiddag. Nadien konden we zelf een eigen plantje. Planten op een daarvoor voorzien plekje in een nieuwe cacaoplantage) met ons naambordje erbij . Dat maakte het allemaal zeer reëel, zeker als we even later de cacaovruchten te zien van de bomen die een paar jaar geleden geplant waren.

We maakten kennis met het hoofd van de coöperatieve, Ayu, een dame met pit, even oud als onze grote baas Bert, die ook - daar zijn we het allemaal over eens - een kerel met pit is! Stevige pit, die Bert. Vrolijke vrienden, dat zijn wij!

De laatste stop voor de middag is het hoofdkwartier van de "koperasi". Daar volgden een aantal toespareken, een fantastisch lekker maal, en een traditionele dans, waar onze Rikoltomannen werden uitgenodigd om mee te doen. Behalve voor het mountainbiken blijkt ook voor traditionele Indonesische dans een enorme hoeveelheid talent aanwezig in de groep!

Vooral Bart, Toon, Sander onze leider (al brokkelde dat een beetje af op dat moment..) en Pieter, gingen volledig op in het culturele moment. Ze waren met moeite te stoppen!

Na dit feest bleven er nog 30km te rijden. Vlak, geen makkie zo bleek. En niet alleen door de aanhoudende hitte. Enkele mooie single tracks en dito hangbruggen in een fantastisch decor deden aanvankeklijk de harten sneller slaan. Ook de haantjes konden hun hart ophalen op een nieuw stukje asfalt (Bert rules, ook met klein verzet).

Vervolgens was het even zoeken tussen de cacaobomen en de mais. Terug op het parcours mochten we stof vreten tot de finish. Een eindeloze veldweg met steeds groter wordende putten en stenen. Hart time for the hardtailers!

De zoveelste planken brug maakte helaas een slachtoffer (dat anoniem wenst te blijven :-)). Gelukkig was MUG Vince in de buurt. Na de eerste shock bleek de schade nogal mee te vallen. Grote oef. Even verder bereikten we samen de eindmeet. Een afgelegen dorpje met slechts enkele huizen, waar we gastvrij ontvangen werden door lokale bewoners. Vannacht slapen we bij hen op de vloer. Na opnieuw een wasbeurt met ton en schep. Heerlijk.

De "Hello mister's en high fives langs de kant van de weg waren ook vandaag niet te tellen. Eén al gemeene vriendelijkheid, ondanks de manifeste armoede. Wat een prachtige mensen. Met een prachtig land. Nu die drone nog de lucht in krijgen..

Peter en Vincent

Fake News of Breaking News: "Piet wint Koninginnenrit"

De Rikolto Classics redactie wil op rikolto.be een bijdrage leveren aan het maatschappelijk debat over actuele thema’s. Omdat we het belangrijk vinden om verschillende stemmen en meningen te horen publiceren we regelmatig opinieteksten. Elke auteur schrijft in eigen naam of in die van zijn vereniging. Zij zijn verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Na een geweldige inspanning heeft Piet vandaag de klim naar Toraja gewonnen. Na een intense voorbereiding liet hij alle zelf verklaarde favorieten achter op de steile klim. B. en C. hadden de tranen in de ogen maar moesten hun meerdere erkennen. Met een paar verwoestende versnellingen met zijn ongekende explosieve kracht brak hij alle weerstand. Met een zeer zoete glimlach stond hij op het hoogste trapje van het podium met zijn gekende groene broek. Troostend legde hij zijn handen op de schouders van B. en C. die een trapje lager stonden. B. en C. kloegen nog over het zonnepaneeltje op Piets rug. In de reactie nadien liet Piet nog weten dat hij enkel de versnelling plaatste om naar huis te bellen wanneer hij op de top moest wachten op zijn achtervolgers. De komende dagen ging hij het wat rustiger aan doen nu de bolletjestrui hem niet meer kan ontsnappen. Hij zal zo de anderen de gelegenheid geven om eens eerst aan te komen.

Anonieme bron

De Koniginnenrit van deze Classic

3mei

Bij het ontbijt verschenen nogal wat zombies, en deze keer was het niet van de Bintang. Geen moskee of iman deze keer om ons om een onzalig uur te wekken. Een paar hanen vonden dat ze stevig moesten in discussie gaan vanaf 1u. Voeg daar nog het gezoem van muggen, de krakende houten vloer en een occasionele snurker aan toe en veel is er dus niet geslapen op onze matjes bij de boeren.

Vandaag rijden we de Koniginnerit van deze Classic. We moeten een berg over om in Torrajaland te geraken. Gevolg is een rit van 85km en meer dan 1400 hoogtemeters. Na het ontbijt vertrekken we naar goede gewoonte om 7.30 dankzij de ijzeren hand van Bert en Sander.

De eerste 25km zijn vlak en we nemen afscheid van de cacaoboomgaarden. Het valt wel op dat de « favorieten » voor de bolletjestrui plots allemaal naar het toilet moeten. Zijn het zenuwen voor wat komen gaat, of willen ze nog wat kilo’s optimaliseren. Hilde koopt in een winkeltje een potje babypoepzalf en wordt omstuwd door heren die dat ook dringend nodig lijken te hebben. Het lijkt erop dat de laatste dagen wat schade op gevoelige plaatsen hebben opgeleverd ...

We houden even halt voor de start van de klim. De klim start zachtjes of een asfaltweg, maar wordt dan steiler op een single track door het tropische woud. De « favorieten » zijn zo gefocused dat ze vergeten te druppelen voor de afslag naar het woud. Gevolg is dat de rest van het peloton een paar km fout rijdt en moet terugkeren. Weeral een goede reden om vanavond de excuses te aanvaarden bij een Bintang.

Na de bloedmooie single track door het woud komen we op een smal betonnen paadje dat zeer steil naar boven slingert met passages tot 20%. Volgens Bert het zwaarste stuk van deze classic. We verdenken hem ervan dat hij dit stukje uitkoos om zijn gespierd fietslijf nog eens in de verf te zetten. Bert verslaat de « favorieten » door als eerste boven te komen, ondanks de boute uitspraken van een paar « favorieten » gisteren. Voor nogal wat onder ons wordt het een korte martelgang waarbij we ons toch even moeten zetten als we boven aankomen na 420 hoogtemeters.

De rit vervolgt met een klim op asfalt van 25km. Niet zo stijl met gemiddeld 4-5%, maar wel heel, heel lang. Enige voordeel is dat het daarboven toch iets frisser is dan in de broeikas van de voorbije dagen. Onderweg prachtige uitzichten over groene valleien met tropische wouden.

Eens we de top passeren dalen we af in een andere wereld: het land van de Torrajas. Hier lijkt het of de tijd heeft stilgestaan. Huizen in de vorm van boten, of zijn het de hoorns van een buffel. Prachtige, felgroene rijstvelden en beeldmooie uitzichten. Overal ook gigantische buffels die blijkbaar een heel speciale plaats innnemen in de families van Torraja en die dan ook zeer goed moeten worden verzorgd. Zo hebben ze hun prive-modderbadje en worden soms hun tanden gepoetst. Morgen gaan we de Torrajacultuur bekijken tijdens een rondrit met « slechts » 1200 hoogtemeters ...

We komen aan in Rantepao en schrikken van het chaotische verkeer. Brommers, richka’s, auto’s, vrachtwagens vriemelen door elkaar aan hoge snelhied. Bert staat het verkeer te regelen op een rond punt om ons als een volleerd agent de juiste richting uit te sturen.

Vanavond slapen we nog eens in een echt hotel, met een echte douche en een echt toilet op de kamer. Wat een luxe.

Na het eten gaan die nog kunnen stappen nog even stappen in een lokaal cafe. Plots verschijnt een man met gitaar en een bij’a tandenloos gebit. Hij vraagt waar we vandaan komen en welke taal we spreken om dan uit het niets ‘broeder jacob’ in het Nederlands te zingen. Het begin van een zangstonde waar nogal wat muzikaal talent in de groep naar boven komt.

Annie en Werner

Er zijn van die dagen.

4 mei

Zeldzaam zijn ze. Eg zeldzaam, maar ze komen voor. En als ze voorkomen blijven ze erg lang nazinderen. Levenslang soms. 60 km en 1140 hoogtemeters was de korte pre-rit briefing: “naar omhoog, wat op en neer, en naar beneden op’t eind”. Zo simpel kan het leven van een mountainbiker-in-Sulawesi zijn.

Een mountainbike rondritje rond Tara Toraja’s hoofdstad Rantepao met lunch bij de Toraja koffiepartner en een aantal inclusieve fotospots. Juist ja. Een aantal fotospots. Torajaland is van sprookjesachtige schoonheid. Duizend tinten groen, duizend niveau’s rijstterrassen, modderbadende buffels met steeds grotere horens en werkelijk overal lachende kinders en groetende Toraja’s. Nochtans naar’t schijnt hebben de Toraja’s behoorlijk wat tegenkanting gekend van de Bugis-die van de Laagvlakten van Zuid-Sulawesi- met zelfs een bloedige onderdrukking van de ‘Dutch’ begin 20e eeuw. Missionarissen volgden in de voetsporen van de Nederlanders en de eerste missionaris bleek geen lang leven beschoren: missionaris Antonie Aris Van De loogdrecht werd snel een kopje kleiner gemaakt. Bert en Sander zorgden voor een hernieuwd eerbetoon door onze colonne voor z’n standbeeld te loodsen in-the-middle-of-nowhere. En we zagen dat het goed was. Z’n offer voor niets geweest ?! Wel, Torajaland is niet Islamitisch (zoals de rest van Indonesie): animistisch met vleugje katholicisme-of-zoiets zoals Asterix die met dorpsgenoten dapper weerstand blijft bieden tegen de machtige Romeinse overheerser. Toraja-land is dan ook omgeven door bergkammen die maken dat het ‘unspoiled’ is door Coca Cola en de Google en Facebooks van deze wereld. Voor hoelang nog?! Tja, only Google knows.

Tegen WO-II waren naar ’t schijnt vele van de Toraja ceremoniën verdwenen behalve...de begraving van de ouders-voorouders. Centraal in dat hele verhaal: de buffel. Die is een status symbool (fijn dat je als statussymbool gezapig in de modder kan rollen) voor macht, aanzien en welstand, en vooral de ‘Albino’ witte – of zo veel mogelijk wit gespikkelde- buffel. Een buffel kan 8000$ kosten, laat staan de witte. Bij een begrafenis pak je uit met het aantal geofferde buffels. De hoorns tooien het voorportaal van de grootste woning in het dorp, de Tongkonan, het vlees wordt verdeeld. De werkelijk prachtige en imposante daken van de Tongkonan zouden de hoorns van de precieuze buffels voorstellen. Zeg nu zelf. Een begrafenis kost dus loeiend veel (heb je’m?). Daar leven Toraja’s voor. Hun hele leven staat in functie van dit begrafenis ritueel. Alle familieleden – van waar dan ook- keren terug huiswaarts voor de begrafenis. Erg dure onderneming dus. Bij té weinig resources bewaar je het lichaam van de dierbare voor maanden of jaren tot het budget een begrafenis toelaat. Een bende stoffige Rikolto rasatleten de voorouder laten groeten in de zolder kan een financiële shortcut opleveren. Zodoende.

De Toraja’s geloven dat je bezittingen kan meenemen in het naleven: de overledenen gaan dus erg goed voorzien hun graf in dat uitgehouwen werd in een rots. Des te hoger des te beter, want zo dichter bij de ‘hemel’. Een beeltenis van die voorouders wordt dan in ‘pop-vorm’ nagemaakt en in rotsen ‘bijgezet’. Een fantastisch zicht om daar langsheen te fietsen. Interessant maar weinig persoonlijk die gehele uitleg zal u zeggen: wij willen persoonlijke anekdotes en events: bijna bijtwondes na met alle goodwill strelen van het achteroor van een verschrikte Toraja hond, schaafwondes na crashes in bochten bij stevige afdalingen, kapotte spaken met scheve wielen of falende ‘derailleurpads’, maar bewust doen we dat niet. Waarom niet ? Wel, vermits er van die zeldzame dagen zijn die zo mooi waren, zo fabelachtig en uniek dat we nu al beseffen dat we in ons gehele leven- en wie weet ook in ons achterleven- dit zeer intens gaan onthouden. Waarlijk, de mooiste mtb-dag van m’n leven. Wat’n fantastisch plezier om dit samen beleefd te hebben.

Jan x