Justin Kasayi richt eerste kippenkwekerij op in Oost-Congo

Justin Kasayi richt eerste kippenkwekerij op in Oost-Congo

17/06/2010

Het verhaal van kleinvee in Oost-Congo is even triest als bekend: gewapende groepen vallen regelmatig dorpen binnen, plunderen de huizen en roven de kippen, konijnen en geiten. Ook de soldaten van het Congolees leger, die amper betaald worden, krijgen het advies van hun chefs om “te eten bij de burgerbevolking”. Zo verloren de mensen hun spaarpotje. Want dat is kleinvee: het schoolgeld wordt ermee betaald, een doktersbezoek, de aankoop van een fiets. De laatste jaren is de situatie in het noorden van Noord-Kivu redelijk stabiel. Drie van onze partnerorganisaties besloten daarom samen te werken om de kleinveestapel weer op peil te brengen. Niet met de bedoeling om industriële kippenkwekerijen op te zetten (zeker geen legbatterijen), maar ervoor te zorgen dat boerenfamilies naast hun gewassen op het veld ook opnieuw wat kleinvee kunnen kweken om zelf op te eten en te verkopen.
 

Zorgenkindjes

Eén man steekt er met kop en schouders bovenuit. Dankzij zijn liefde voor dieren hebben nu duizenden mensen terug een geit, een paar konijnen of kippen. Justin is zijn naam, hij is de hoofdveearts van de boerenorganisatie APAV, vader van vijf, kippenvriend én vegetariër: “Weet je, ik zie mijn kippen als mijn zorgenkindjes, ze worden vlug ziek. En net omdat ze zoveel aandacht nodig hebben, zijn het mijn favoriete dieren.”

In Noord-Kivu bestonden tot een jaar geleden geen kippenkwekerijen, of toch geen professionele. Alle kippen werden geïmporteerd uit Oeganda. Ook Justin haalde zijn eerste kippen uit Kampala. Net als de geiten verdeelde hij ze aan vrouwen volgens een kredietsysteem: elke vrouw kreeg twee kippen, en gaf in ruil 15 eieren terug aan APAV. Die eieren gingen in een ambachtelijke broedmachine, en de nieuwe kippen konden opnieuw verdeeld worden. Waar dit systeem bij de geiten goed werkte, doken bij de kippen problemen op: de 15 eieren waren niet altijd bevrucht, het voedsel voor kuikens en kippen is erg duur,… Kortom, APAV leed verlies aan het kippensysteem.

Gegeerde  kippen

Dus gooiden ze het over een andere boeg. Konden ze er niet voor zorgen dat er gezonde kippen aan een betaalbare prijs op de markt zouden komen? Dat zou goed zijn voor de klanten, en ook voor APAV zelf, die via de kippenhandel een deel van haar sociale activiteiten zou kunnen financieren.

<

p>Justin zag het helemaal zitten om een professionele kippenkwekerij op te zetten. Duizenden kuikens verhuisden van Oeganda naar Congo, ze kregen de beste zorgen, ze groeiden uit tot gezonde kippen, en Justin vierde nieuwe geboortes. Zelfs de ploeg Man Bijt Hond was er een keer bij.

De kippen van APAV zijn gegeerd: ze zijn gezond, in tegenstelling tot de meeste kippen die op de markt te vinden zijn. De aankoper van een hotel in Kisangani komt speciaal naar APAV om kippen te kopen. De mensen van Butembo, kloosters, andere ngo’s,… iedereen wil de kippen van Justin. Maar alleen als Justin op grotere schaal zou kunnen kweken, dan zouden ze ook betaalbaar worden voor de armste mensen…

Een professionele broedmachine

Dus financierde Vredeseilanden de aankoop van een professionele broedmachine. APAV bouwde een microcentrale die elektriciteit uit waterkracht opwekt. Zo kan de broedmachine op temperatuur blijven, en kunnen de eieren automatisch gedraaid worden. Elke twee weken komen 700 kuikens uit de broedmachine, en op die manier kan APAV aan de kippenvraag van de klanten voldoen. De berekening was al gemaakt: aangezien er geen kuikens meer moeten ingevoerd worden vanuit Oeganda, daalde de prijs voor de klanten dalen van 5 dollar tot 3 dollar voor een kip van 2,5 maand. Zo kunnen boerenfamilies een paar kippen aankopen, kweken, en met de verkoop het schoolgeld van hun kinderen betalen of een nieuw dak op hun huis leggen. Zo kunnen vrouwen het geld gebruiken om veilig te bevallen in het ziekenhuis. 

Een jaar geleden ging Justin voor de laatste keer eendagskuikens halen in Kampala. In de toekomst zullen enkel af en toe een paar kloeke kweekhanen moeten ingevoerd worden om een sterk kippenras te behouden, maar de kippenkwekerij kan zelfstandig draaien, zonder hulp van Vredeseilanden. En indien APAV een slimme bedrijfsleider kan aantrekken, heeft dit pril kippenbedrijf een enorm potentieel.

Foto bovenaan: Jimmy Kets