Meer dan ooit willen bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties werken aan diversiteit en inclusie. Wie een nieuwe generatie consumenten, investeerders en werknemers wil aantrekken, kan niet anders. Maar in de spiegel kijken, is nog altijd confronterend, ook in de ngo-sector.
Niet alleen ontsproot de klassieke ontwikkelingssamenwerking uit de koloniale structuren, ook de organisaties die vandaag de internationale solidariteit vormgeven, kleuren hoofdzakelijk wit en houden de macht in westerse hoofdkantoren. Om fondsen te werven worden bovendien nog te vaak tenenkrullend stereotype beelden en uitdrukkingen gebruikt die mensen en hele werelddelen bestendigen in een rol van weerloze sukkelaars.
Maar het beweegt. Via de koepelorganisaties van de ngo's en het ruimere middenveld vuren interne en externe critici het debat aan.